5 tips voor het stimuleren van sport bij mensen met een auditieve beperking
07 oktober 2018
Het Mulierinstituut heeft in samenwerking met Kenniscentrum Sport een factsheet ontwikkeld met praktische aanbevelingen voor het stimuleren van sport en bewegen bij mensen met een auditieve beperking. We hebben een aantal tips en tricks hieruit onder de aandacht gebracht.
Hoe stimuleer je sport en bewegen?
• Overleg met de sporter of en waarmee hij/zij hulp wil, welke aanpassingen nodig zijn en welke attributen kunnen helpen. Spreek duidelijke gebaren met de sporter af die in sportsituaties nodig kunnen zijn en spreek een signaal af om de aandacht te trekken.
• Zorg dat je bij het communiceren altijd in het gezichtsveld van de sporter met een auditieve beperking staat. Denk ook aan duidelijk articuleren en het gebruik van mimiek. Let op dat mensen met een auditieve beperking met liplezen niet alles van het verhaal kunnen volgen.
• Een oefening voordoen kan de sporter helpen om de opdracht beter te begrijpen. Hiervoor kan ook gebruik worden gemaakt van beeldmateriaal op een tablet.
• Om de communicatie te verbeteren zijn diverse communicatiemiddelen beschikbaar, zoals een hoorapparaat of implantaat (C I). Bij rumoerige situaties werkt dit minder goed. Bij bepaalde sporten kan het hoorapparaat ook beter uit worden gezet of - indien mogelijk - worden verwijderd. Daarnaast kan als communicatiemiddel een gebarentolk worden ingezet.
• Zorg dat de sportomgeving op de beperking is afgestemd. Een goede verlichting is belangrijk voor het lezen van spraak- en gezichtsuitdrukkingen. Voor slechthorenden is een geluidsarme omgeving met een goede akoestiek en geluidsisolatie belangrijk. Voor doven kan een ‘lichtfluit’-installatie nuttig zijn, waarmee door bijvoorbeeld de scheidsrechter een visueel signaal kan worden afgegeven.
Hoe bereik je hen?
Mensen met een auditieve beperking kunnen het best worden bereikt door bij de voorzieningen aan te sluiten waar zij gebruik van maken:
• Belangenverenigingen voor mensen met een auditieve beperking (Stichting Hoormij);
• Speciaal onderwijs, cluster 2 scholen;
• Instanties die hulpmiddelen verstrekken (bijvoorbeeld telecommunicatiemiddelen) zoals de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) maar denk ook aan gehoorwinkels;
• Indirect via bijvoorbeeld de huisarts en de buurtsportcoach. Zij hebben vaak (een deel van) de doelgroep in beeld;
• Maak gebruik van het eigen netwerk van mensen met een auditieve beperking.
Bron: Factsheet Auditieve beperking, Mulierinstituut
Meer informatie voor mensen met een auditieve beperking vind je hier.
Terug naar overzicht