Beste rolstoeltennisster ter wereld: ‘No way dat ik in die rolstoel zou stappen’
28 februari 2019
Diede de Groot leek het maar niks: sporten in een rolstoel. Ze kon zich prima bewegen met haar beenprothese. Inmiddels is ze de beste rolstoeltennisster van de wereld. Het leverde haar een nominatie op voor de prestigieuze Laureus World Sports Awards.
Diede de Groot trekt de riempjes los waarmee ze haar benen heeft vastgesnoerd in haar rolstoel. Ze is net klaar met haar training op het nationaal trainingscentrum van de tennisbond in Almere. Aan de prothese onder haar verkorte rechterbeen zit dezelfde paarse Nike-schoen als aan haar linkervoet. Ze duwt de rolstoel voor zich uit als ze naar de kantine van tennisclub De Pellikaan loopt. Die gebruikt ze alleen voor het tennis.
De 22-jarige De Groot is de beste rolstoeltennisster ter wereld. Een maand geleden won ze op de Australian Open de titel in het enkelspel en het dubbelspel. In 2018 won ze ook de rolstoeltoernooien van Wimbledon en de US Open. Op de wereldranglijst staat ze op de eerste plek. Het leverde haar een nominatie op als beste gehandicapte sporter van het jaar bij de prestigieuze Laureus World Sports Awards. In het rijtje valide winnaars van de afgelopen jaren zaten veel tennissers: Novak Djokovic, Roger Federer, Serena Williams.
Aangeboren afwijking
Speciaal voor het uitreikingsgala in Monaco had ze een nieuwe jurk gekocht. Een galajurk met de split aan de linkerkant, om haar handicap aan haar rechterbeen te verbergen? ‘Nee joh. Dat doe ik nooit. Mensen mogen het best zien’, zegt De Groot, die al sinds haar eerste verjaardag met een prothese loopt. ‘Ik heb me nooit geschaamd voor mijn aangeboren afwijking.’
Haar rechterbeen functioneert wel, maar is niet volgroeid. Ook haar heup is niet helemaal goed ontwikkeld. In Oudewater, het dorpje waar ze opgroeide, verplaatste De Groot zich per fiets. Bij vriendjes thuis ging ze aan de keukentafel zitten. Op haar prothese kan ze tien minuten lopen. ‘Steppen, fietsen, tikkertje spelen, in bomen klimmen. Ik heb het allemaal gedaan.’
Ze voelde zich nooit echt anders dan haar klasgenoten. Een rolstoel, daar moest ze niet aan denken. Toen ze op aanraden van het revalidatiecentrum door haar moeder werd meegenomen naar een proefles rolstoeltennis was ze aanvankelijk niet van plan om in die stoel te stappen.
De eerste les kan De Groot zich nog goed herinneren. Huilend zat ze naast haar moeder op een bankje aan de rand van de baan, haar armen over elkaar, de blik naar de grond. ‘No way dat ik die rolstoel in zou stappen. Ik wilde echt niet. Het liefst was ik gaan volleyballen met mijn vriendinnetjes. Maar toen ik eenmaal in die rolstoel zat, merkte ik al snel hoe leuk ik het vond.’
Snel onder de knie
Ze vervolgt: ‘Ons clubje bestond uit zo’n zeven kinderen. Iedereen was ineens gelijk. Ik kwam erachter dat ik toch wel iets anders was dan mijn vriendjes. Ik had nog nooit in zo’n rolstoel gezeten, maar omdat ik zo jong was, had ik het rijden snel onder de knie. Met dank ook aan mijn trainer Gerard van Leusden, die in een rolstoel zat.’
Nederland kent meerdere succesvolle rolstoeltennissers, met als bekendste voorbeeld Esther Vergeer. Zij is viervoudig paralympisch kampioen, meervoudig grandslamwinnaar en werd twee keer onderscheiden met de Laureus Award voor beste gehandicapte sporter: in 2002 en 2008. Ook de inmiddels gestopte Jiske Griffioen stond een tijdlang op de eerste plek van de wereldranglijst.
Het duurde even voordat De Groot de ambitie had om in de voetsporen van Vergeer en Griffoen te treden. Aanvankelijk wilde ze toegepaste biologie gaan studeren. Vader De Groot handelt in inheemse bloemzaden en op de boerderij in Oudewater stonden zeeën van rode, gele en paarse bloemen. ‘Die fascinatie voor de natuur heb ik altijd gehad. Maar ik werd uitgeloot voor die studie, dus toen ben ik op mijn 17de al mijn tijd in de sport gaan stoppen.’
Geen vetpot
De lokale slager, bakker en een lasbedrijf uit de buurt legden de eerste jaren allemaal wat bij voor de ‘Stichting Diede de Groot’. Een vetpot was het niet. Rijk wordt ze er nog steeds niet van, zegt De Groot. De winst van de Australian Open vorige maand leverde haar 30 duizend euro op. ‘Dat lijkt veel, maar valt wel mee hoor. Als je de reis, het verblijf en de kosten voor mij en mijn coach bij elkaar optelt, speel je ongeveer quitte. Je hoort me niet klagen, trouwens. Ik doe niets liever.’
De komende tijd staan er meer baantrainingen dan anders op het programma. Ze heeft net een nieuwe rolstoel. Die heeft ze op maat laten maken door Frank Jol, een specialist in protheses en andere hulpmiddelen voor paralympische sporters. ‘Hij ontwikkelde ook de blades voor Marlou van Rhijn. Ik ben eerst helemaal in het gips gehangen om een mal te maken. Nu moet ik vooral veel uren maken in deze stoel, want het carbon kuipje zit nog niet helemaal lekker.’