Welke trainingsmaterialen zijn er voor mensen met een verstandelijke beperking?

20 september 2018

G-sport Vlaanderen geeft naast tips voor de begeleiding van kinderen met een beperking ook nuttige informatie over het gebruik van sportmaterialen. Als trainer van een sportactiviteit ben je namelijk vaak op zoek naar leuk en aangepaste materiaal. In onderstaand artikel geven we je informatie over de verschillende materialen voor trainingen voor mensen met een verstandelijke beperking en/of autismespectrumstoornis.Welke materialen er goed werken is vaak afhankelijk van de groep. Niet alle tips zijn daarom bruikbaar voor jouw club maar we inspireren je graag!

Algemene tips

  1. Deuren zijn gesloten: prikkels van buiten komen niet naar binnen.
  2. De bank is een vast verzamelpunt.
  3. Een daglijn geeft de planning van de training weer.
  4. Het aantal kegels is gelijk aan het aantal herhalingen.
  5. Een kijkwijzer verduidelijkt de oefening.
  6. De muziek duidt aan wanneer er moet bewogen worden en wanneer de oefening stopt.
  7. De verrijdbare panelen vermijden prikkels van buitenaf.
  8. Grondmarkeringen in de vorm van voeten duiden aan waar je moet staan voor een sprong naar de basketbalring.
  9. Zorg voor succeservaring door aangepaste hoogtes in basketring.
  10. Zachte ballen of ballen met geluiddempende coating zorgen voor minder geluid tijdens de training.
  11. Al het ongebruikt materiaal wordt opgeborgen in de bakken die je snel kan verwijderen.

Voorspelbaarheid creëren

Voorspelbaarheid wordt op verschillende manieren aan sporters met een beperking aangeboden. Een belangrijk item hierbij is structuur. Concrete materialen ondersteunen dit om het duidelijk te maken. De materialen worden opgedeeld in drie groepen: tijdsaanduidingen, plaatsaanduidingen en visualisatietechnieken.

Visuele tijdsaanduidingen

Time Timer: Het is een visuele, aftellende klok. De klok wordt ingezet voor zij die geen klok kunnen lezen of geen tijdsbesef hebben. Het maakt de tijdsaanduiding concreet en kan naar worden verwezen als er gevraagd wordt hoelang het (oefening, les...) nog duurt. Het geluid geeft ook auditief het einde aan. Er bestaan Time Timers in verschillende maten. Er bestaat een Time Timer om aan de muur te bevestigen; dit is handig voor in een sporthal.

Zandlopers: Maakt duidelijk hoeveel tijd er voorbij is en hoelang de oefening nog duurt. Zandlopers kunnen variëren in de tijdsduur: van 30 seconden tot 5 minuten.

Kegels of prenten met aantal vierkanten: Er worden bijvoorbeeld vijf kegels geplaatst, die de aantal herhalingen van een oefeningen aangeven. Telkens wanneer de oefening gedaan is, wordt er een kegel omver gelegd.

Zachte balletjes, rekkers, opduikmateriaal etc.: Dit zijn individuele aftelsystemen om het aantal herhalingen per individu aan te passen, als motivator om te blijven bewegen en het aantal herhalingen te visualiseren.

Plaatsaanduidingen

Vaste verzamelpunten: Een verzamelpunt opstellen aan het begin van de les, voor bijvoorbeeld speluitleg. Dit kan gedaan worden op een bepaalde lijn tussen de kegels (de kegels maken het specifieker), op een bank, op de lijnen van de middencirkel op het veld etc.

Individuele plaats: Iedereen heeft een potje of matje om de oefening naast of op te doen, zo wordt een individuele plaats voor een oefening aangeduid.

Veld afbakenen: Een veld kan afgebakend worden via (grote) kegels en banken. Let op het kleurengebruik bij de opstelling van potjes of kegels bij een spel/oefening zodat deze niet chaotisch door elkaar staan. Het veld en het spel moeten overzichtelijk zijn.

Antislip grondmarkeringen: In de vorm van voeten, handen en cirkels kunnen grondmarkeringen duiden waar de persoon moet gaan staan tijdens een dansopstelling of sprong bij basketbal. Vloerpijlen duiden de richting aan bij doorschuifrichtingen. Tape of krijt zijn andere alternatieven voor antislip grondmarkeringen. Kegels duiden een volgende plaats aan door ze plat te leggen wijzen deze naar de volgende oefeningstand.

Visualisatie

Ter visualisatie kan er gebruik gemaakt worden van daglijnen, afvinkkaarten en pictogrammen.

Kijkwijzers: Een kijkwijzer geeft aan hoe een oefening uitgevoerd moet worden waarbij de volgende elementen staan:

  • Neutrale stokfiguren of foto’s
  • Naam van de oefening Nummer van de oefening
  • Hoe je moet tellen Hoe er gescoord kan worden
  • Hoe je naar punten moet herleiden

 

Motiveren

Motiveren kan op vele manieren en wordt bij elke doelgroep en elke leeftijd gedaan. Je kan motiveren door spelvormen te introduceren en aantrekkelijk materiaal gebruiken, succeservaringen creëren, en te belonen.

Gebruik aantrekkelijk materiaal: het gebruik van sensorische tegels en herkenbare materialen die topsporters (voorbeeldfiguren) ook gebruiken.

Vereenvoudig om succeservaringen te bereiken: er zijn een aantal manieren om bepaalde zaken te vereenvoudigen, maar toch uitdagend te houden:

  • Door de moeilijkheidsgraad op te bouwen: begin met scoren in een lagere basketbal ring voor een eerste succeservaring, bouw zo de hoogte op.
  • Vertraag het spel: gebruik lichtere of minder stuitende ballen.
  • Gebruik beelden: dominostenen, dobbelstenen en kaarten met getalbeeld. Het getal dat gedobbeld moet worden, wordt op de grond gelegd. De sporter herkent dan het getal. deze materialen zijn eenvoudiger dan materialen met een cijfer op.
  • Gebruik een herkenningspunt: vb een wasknijper om uit te leggen waar een judoka het judopak moet vastgrijpen.

Voeg een kansfactor toe: Voeg een kansfactor of gelukselement toe zodat niet steeds dezelfde personen winnen. Er kan bijvoorbeeld een dobbelsteen in het spel worden gebruikt waarbij de winnaars met de dobbelsteen mogen dobbelen die getallen van 1 tot 3 heeft en de ander ploeg met een dobbelsteen met getallen van 4 tot 6. Zo kunnen de ploegen elkaar makkelijk inhalen als ze meerdere korte spelletjes doen of enkele herhalingen doen van eenzelfde oefening en telkens dobbelen na een spelletje. Daarnaast kunnen er ook kaartjes verwerkt worden met een aantal figuren op in een estafette. Het aantal figuren verzamelen berust op toeval. Stem het type figuren af op het niveau van de sporters.

Beloningen: Maak gebruik van beloningskaarten zoals stickers of duimen. Plak een pictogram met klappende handen op een magneetbord na elke oefening. Als alle vakjes vol zijn dan is de les gedaan, dit visualiseert dus niet enkel de beloning maar ook de duur van de les. Maak bij negatief gedrag een time out buiten het zicht van de groep.

 

Prikkels reduceren

Begeleiders spitsen zich toe op de omgeving, zodat er via aanpassingen prikkels worden gereduceerd. Deze aanpassingen richten zich op visuele, auditieve en tactiele prikkels.

Visuele prikkels beperken: Om visuele prikkels te beperken kan er gebruik gemaakt worden van verrijdbare panelen en schermen en/of het sluiten van gordijnen. Ruim daarnaast ook ongebruikte materialen op. Je kan bijvoorbeeld klittenband gebruiken om spelregels of kijkwijzers op te hangen. Zo kan je de info gemakkelijk en snel verwijderen indien deze niet meer van toepassing is.

Auditieve prikkels beperken: Om auditieve prikkels te beperken kunnen maatregelen genomen worden als het sluiten van deuren, het leggen van matjes om op te springen en het gebruiken van zachtere ballen met geluiddempende coating. Daarnaast kan je voorzien in hoofdtelefoons en de sporter vragen of de muziek niet te luid of te zacht staat.

Tactiele prikkels beperken: Verminder tactiele prikkels door matten te leggen bij het dansen of springen.

 

Bron: G-sport Vlaanderen, Didactisch begeleidingsmateriaal
Terug naar overzicht

Gehandicaptensport Nederland maakt gebruikt van Cookies

Geef per categorie de keuze voor het gebruik van cookies aan. Wij hebben de cookies van Google Analytics volledig geanonimiseerd en daarom mogen wij die plaatsen zonder toestemming.

In onze Cookiebeleid is hier meer over te lezen. Graag de beste website ervaring? Vink dan alle vakjes aan.